Kosten invoering kentekening

Kosten registreren van (land)bouwvoertuigen

In de nulmeting zijn de kosten voor registratie en kentekening van (land)bouwvoertuigen in beeld gebracht. In 2021 was er onderscheid in kosten tussen bestaande (land)bouwvoertuigen en nieuwe (land)bouwvoertuigen. Vanaf 1 januari 2022 is hier geen onderscheid meer tussen. Vanaf 2022 moet het voertuig eerst gekeurd worden, voordat deze geregistreerd kan worden (Landbouwvoertuigen - RDW / Mobiele Machine - RDW). 

Een (land)bouwvoertuig met Europese typegoedkeuring kan geregistreerd worden zonder uitgebreide beoordeling. Bij de keuring moet het Certificaat van Overeenstemming (CvO) en/of het buitenlandse kentekenbewijs getoond worden. Trekker zonder Europese typegoedkeuring met DET (Datum eerste toelating) op of na 1 januari 2018 worden gekeurd op het testcentrumlocatie in Lelystad.

Voor MM's is nog geen Europese typegoedkeuring. De invoering van de nationale typegoedkeuring is uitgesteld. Het is nog onbekend tot wanneer. Een MM moet eerst uitgebreid gekeurd worden voordat deze geregistreerd kan worden. MM's met een nationale typegoedkeuring worden geleverd met een CvO. Dit CvO kan gebruikt worden voor een versnelde inschrijving om vervolgens een kenteken aan te vragen.

RDW biedt tijdelijk online de mogelijkheid waarmee mobiele machines ingeschreven kunnen worden. Deze online dienst is een tijdelijke oplossing voor de nationale typegoedkeuring. Deze tijdelijke online inschrijving is beschikbaar tot 3 maanden nadat de nationale typegoedkeuring klaar is. Daarna stopt deze tijdelijke dienst van de RDW. Deze dienst is alleen bedoeld voor:

• Bedrijven die van plan zijn om een nationale typegoedkeuring aan te vragen met de versnelde regeling die daarbij hoort.

• Nieuwe en ongebruikte mobiele machines die in serie worden gemaakt.

Informatie van sector over gemaakte kosten

De (land)bouwsector heeft in een enquête aangegeven welke kosten ze tot nu toe hebben gemaakt met betrekking tot de APK-, registratie- en kentekenplicht. Kosten die zijn gemaakt zijn voornamelijk kosten voor registratie bij de RDW.

Bij de 1-meting was ruim een derde van de respondenten die aangaf andere kosten te maken om voertuigen te registeren en voor montagekosten. Bij de 2-meting en 3-meting is daarom onderscheid gemaakt in kosten voor arbeidsuren voor aanvraag, montage en verzekeringen. 

91% van de respondenten heeft kosten gemaakt voor registratie van (land)bouwvoertuigen. Gevolgd door kosten voor kentekenplaten (88%). Daarnaast heeft een groot deel ook arbeidskosten gehad voor de aanvraag (67%) en voor de montage van de kentekenplaten (64%). 47% heeft kosten gemaakt voor verzekering van (land)bouwvoertuigen. 21% heeft kosten gemaakt voor het omzetten van het kenteken voor grensverkeer. Dit is vergelijkbaar met de 1-meting en 2-meting.

Meer respondenten geven aan kosten te hebben gehad aan APK-keuringen, namelijk 14% ten opzichte van 6% in de 2-meting en 2% in de 1-meting.

14% van de respondenten geeft aan nog andere kosten te maken, zoals kosten voor het laten schorsen, reiskosten en onderzoek naar het chassis nummer.

Gevolgen van de inflatiestijging

In de nulmeting zijn de kosten voor registratie en kentekening van (land)bouwvoertuigen in beeld gebracht. In 2022 (2-meting) was er in Nederland een flinke stijging in de inflatie, ook in 2023 was er sprake van inflatie. Prijzen van consumentengoederen- en diensten waren in 2022 10% hoger dan 2021 én In 2023 was dit gemiddeld 3,8% hoger dan in 2022 (Bron: Inflatie 2023, CBS). 

Als gevolg van de sterk toegenomen kosten en inflatie zijn de tarieven voor 2023 verhoogd met gemiddeld 4,9%. Deze stijging is lager dan het gemiddelde inflatieniveau. (Bron: RDW, 13-1-2022)

De registratie van de (land)bouwvoertuigen kon eerst digitaal, maar moet nu fysiek plaats vinden. Hiervoor rekent de RDW voorrijkosten van €132. De fabrikant kan ook zelf naar de keuringslocatie gaan met de voertuigen, maar hiervoor worden ook kosten gemaakt.